- kiezen
- {{kiezen}}{{/term}}I 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [een keus doen] choisir2 [stemmen] voter (pour)♦voorbeelden:1 moeten kiezen of delen • devoir se déciderje moet kiezen of delen • c'est à prendre ou à laisserwe kiezen uit drie kandidaten • nous choisissons parmi trois candidatszij kozen voor de vrijheid • ils ont choisi la libertékiezen als • choisir pour2 voor Tindemans kiezen • voter pour Tindemans¶ 〈telefoon〉 724058 kiezen • composer le (numéro) 724058II 〈overgankelijk werkwoord〉1 [uitzoeken; verkiezen] choisir2 [door stemming] élire♦voorbeelden:1 partij kiezen (voor iemand) • prendre parti (pour qn.)iemand tot president kiezen • choisir qn. comme président2 gekozen worden • être éluiemand tot president kiezen • élire qn. président
Deens-Russisch woordenboek. 2015.